Jeroen Latijnhouwers: Het was een bijzondere en intense ervaring om vorige week de Week tegen de Kindermishandeling van dichtbij mee te maken. Tijdens die week presenteerde ik 3 colleges voor online-kijkers.
Toon Gerbrands
Het eerste college was met Toon Gerbrands, algemeen directeur van voetbalclub PSV. Drie jaar geleden werd hij geconfronteerd met het verhaal van een oud-jeugdspeler van PSV die in de jaren 60 seksueel misbruikt was door een jeugdtrainer van de club. Gebrands en collega’s bij PSV namen het verhaal zeer serieus en reageerde direct: er kwam onder andere een meldpunt en het slachtoffer werd uitgenodigd om bij Gerbrands om zijn verhaal te doen. Later meldden zich nog een aantal oud-jeugdspelers met dezelfde ervaringen. En allemaal kregen ze dezelfde aandacht en tijd.
Tijdens ons college besloot Gerbrands om zich namens het betaald voetbal in te gaan zetten voor een keurmerk: ‘Veilige Sportclub’. Dat moet voorkomen misstanden als in de jaren 60 bij PSV niet meer voorkomen. Een sportclub een veilige omgeving zijn voor iedereen en voor kinderen in het bijzonder.
Karin Bloemen
Mijn tweede college-gesprek was met zangeres en cabaretier Karin Bloemen. In haar jeugd is ze van haar 7e tot haar 14e levensjaar emotioneel en seksueel misbruikt door haar stiefvader. Karin schreef er een boek over dat vorig jaar verscheen. In dat boek, ‘Mijn ware verhaal’, vertelt ze wat haar in haar jeugd overkomen is, hoe vreselijk dat was, dat ze zich nooit veilig voelde en dat ze nergens naar toe kon met haar probleem en er met niemand over kon praten. Ook niet met haar moeder. Maar door er uiteindelijk wél over te gaan praten heeft ze het een plaats kunnen geven, al zal het nooit helemaal uit haar leven weg zijn.
Olcay Gulsen
Mijn derde college was met onderneemster en TV-presentatrice Olcay Gulsen. Zij heeft in haar jeugd te maken gehad met huiselijk geweld door haar vader. Hij was geestesziek en was drank en drugs-verslaafd. Ook Olcay heeft zich thuis nooit veilig gevoeld, altijd hing agressie en gevaar in de lucht. Vooral haar moeder werd met regelmaat in elkaar geslagen door haar vader. En soms ging dat geweld nog een paar stappen verder. Ook Olcay en haar zussen en broer kregen af en toe een klap. Om de paar dagen stond de politie aan de deur. Ze werden gezien de asociale familie van het dorp. ‘Ik was de dochter van de dorpsgek’, zei ze letterlijk. Tot haar 20e heeft Olcay niet gesproken over haar jeugd en de ellende thuis. En niemand heeft haar ooit naar gevraagd terwijl het toch voor iedereen in het dorp zichtbaar was.
Zowel Olcay als Karin schaamden zich destijds voor alles wat wat hen overkwam, voor wat er gebeurde in hun gezin, in hun huis. Nu weten ze gelukkig al een tijd dat zij zich niet, nooit en te nimmer hoeven schamen voor wat er gebeurd is. Toen niet en nu niet. Tijdens de college’s was dat één van de hoofdboodschappen die ze iedereen mee wilde geven.
Het viel mij op dat door hun eerlijkheid en openheid de verhalen écht binnenkwamen en écht gevoeld werden.
Ik denk dat iedereen wel gruwelverhalen kent van een vorm van kindermishandeling, uit het nieuws of misschien wel uit de eigen omgeving. Ik kende die verhalen ook, ik heb ze als nieuwslezer vaak voorgelezen. Maar om dezelfde verhalen rechtstreeks te horen van mensen die het aan den lijven ondervonden hebben, is een echt ander verhaal. En dat het dan ook nog eens bekende mensen zijn die hun verhaal vertellen, geeft aan dat het iedereen kan overkomen of had kunnen overkomen. En het geeft de ellende een gezicht.
Het was intens vorige week maar ook bijzonder én leerzaam. Schaam je niet als slachtoffer en durf erover te praten…Die boodschap blijft hangen.
En voor de buitenwereld geldt: kijk niet weg als je weet hebt van kindermishandeling in jouw omgeving. Want niets doen was, is en blijft geen optie.
Jeroen Latijnhouwers