
De ouders van Manon (16) hebben veel problemen. Ze drinken allebei veel en hebben weinig aandacht voor Manon. Haar vader heeft geen werk en ze hebben moeite om rond te komen. Vaak is er geen eten in huis. Haar moeder werkt ‘s middags en ‘s avonds. Als Manon uit school komt, is er meestal niemand thuis.
Wanneer haar vader wel thuis is, ligt hij laveloos op de bank. Als haar ouders allebei thuis zijn, maken ze constant ruzie. Ze zijn totaal niet geïnteresseerd in wat Manon doet en hoe het op school gaat. Ze gaan nooit naar een ouderavond. En ook niet op bezoek bij familie, want ze hebben ruzie met iedereen. Manon heeft gelukkig een goede vriendin, Juul. Als haar ouders weer niet thuis zijn en de koelkast leeg is, appt ze Juul. Ze vraagt of ze bij Juul mag eten. Daar is het zo gezellig en de moeder van Juul vindt het altijd prima als er nog iemand aanschuift. Dit is een wereld van verschil met haar eigen thuis.
Juul heeft wel door dat er iets niet goed gaat bij haar vriendin thuis. Ze vraagt aan Manon wat er aan de hand is. En zegt tegen Manon dat ze zich zorgen maakt om haar. Dat had Manon nodig om haar verhaal te doen. Ze is opgelucht dat ze tegen Juul kan vertellen hoe het er bij haar thuis aan toe gaat. Ze schaamt zich enorm, maar gelukkig doet Juul er niet raar over. Ze voelt zich niet meer zo alleen. Juul moedigt Manon aan om hulp te zoeken. Als eerste gaan ze samen naar de mentor om te vertellen wat er aan de hand is.
Lees meer verhalen op de jongerenpagina