Irene Dekker, projectmanagement bij KNVB:
Ik woon in Midden-Brabant, maar werk in Zeist. Daar ben ik ook actief als jeugdhockeytrainer bij Schaerweijde. Door de coronamaatregelen kon ik ruim zes weken geen training geven. Ik verheug me er ontzettend op mijn team – meiden van 15 en 16 jaar – weer te zien!
Nu kinderen tot en met 18 jaar weer onder begeleiding mogen sporten, ben ik achter de schermen druk bezig met de voorbereiding van hun terugkeer. Zowel bij de KNVB als bij Schaerweijde en HC Tilburg, waar ik zelf hockey. De focus ligt vooral op praktische zaken: op trainen met 1,5 afstand (voor kinderen van 12 jaar en ouder), op looproutes op het sportcomplex en rijroutes voor ouders die komen brengen en halen.
Maar ik zie deze bijzondere tijd ook als een kans voor sportclubs om na te denken over afspraken. Over hoe je met elkaar omgaat. Dat is belangrijk. Want binnen een club die daar aandacht voor heeft, spreken mensen elkaar eerder aan op ongewenst gedrag.
Ik gun iederéén sportplezier
Waarom ik ambassadeur voor de Taskforce ben geworden? Zelf heb ik altijd met heel veel plezier gesport en dat doe ik nog steeds. Sporten en lid zijn van een vereniging heeft mij altijd veel gebracht. Dat gun ik iedereen.
Ik had nog een reden om ja te zeggen tegen het ambassadeurschap. Toen ik afstudeerde aan de NHTV in Breda (nu Breda University of Applied Sciences), was Theo Hutten mijn begeleider. Juist in die tijd kwam zijn dochter naar buiten met het verhaal dat ze tussen haar 12e en 14e is misbruikt door haar zwemcoach. Het strafproces was desastreus: de tegenwerking van de dader, de verhoren, de herhaalde confrontatie met die man. Ook de impact op Theo en de rest van het gezin was immens. Op mij maakte dit alles een diepe indruk. Geen enkel kind zou zoiets nog mogen meemaken.
Sportclub als ontmoetingsplek
Net als basisscholen, zijn sportclubs plekken waar een grote diversiteit aan mensen elkaar ontmoet. Verenigingen kunnen een veilig sportklimaat te creëren, waar vermoedens van kindermishandeling worden gesignaleerd en bespreekbaar gemaakt. Als lid van de werkgroep Sport en Recreatie van de Taskforce draag ik daar op mijn manier aan bij. Dat doe ik door gebruik te maken van mijn netwerk en dat steeds verder uit te breiden.
Ik kan makkelijk verbindingen leggen, doordat ik zowel in de regio Hart van Brabant als bij de KNVB werk aan een veilig sportklimaat. Het is een van de maatschappelijke projecten waar ik me bij de nationale voetbalbond mee bezighoud.
Verenigingennetwerk Sportplezier
Hier in de regio ben ik betrokken bij het Verenigingennetwerk Sportplezier. HC Tilburg is een van de tien clubs die er deel van uitmaakt. Eens per kwartaal komen we bij elkaar. We delen voorbeelden van hoe we dingen aanpakken. Hoe ga je bijvoorbeeld om met pestgedrag? Sinds kort krijgen we ook professionele ondersteuning van sportpedagoog Marion de Kock van het Sportbedrijf van de gemeente Tilburg.
Doordat ik zowel landelijk als regionaal actief ben, kan ik zien of wat landelijk wordt bedacht wérkt voor verenigingen. Zo heeft het Verenigingennetwerk Sportplezier input geleverd voor de NOC*NSF toolkit High 5, op naar een veilige sportcultuur. Dit vijf-stappenplan helpt verenigingen bij het creëren van een veilig sportklimaat.
(Meer) huiselijk geweld?
Alert zijn op kindermishandeling is nu belangrijker dan ooit. Tijdens de intelligente lockdown zijn de spanningen in sommige gezinnen hoog opgelopen. Mogelijk heeft dat geleid tot (meer) huiselijk geweld. In grote delen van Nederland zijn de sportclubs de eersten die kinderen weer zien, nog voor ze naar school gaan. Bovendien openen clubs de poort niet alleen voor de eigen leden, maar voor alle jeugd. Hoe komen we erachter hoe het met de kinderen gaat? En hoe kom je in actie als dat nodig is?
Naast de trainers die direct contact hebben met de kinderen, zou een vertrouwenscontactpersoon bij de vereniging hierin een belangrijke rol kunnen spelen. Juist nu! Zij kunnen trainers helpen die vermoedens hebben dat het niet goed gaat met een kind. De Taskforce streeft naar een vertrouwenscontactpersoon voor elke club in Midden-Brabant.
Deze periode van nieuwe afspraken biedt ook kansen voor het met elkaar in gesprek gaan over gedrag. Leg uit wat de gedachte is achter de coronaregels op de club. Of ga in gesprek als kinderen ze niet opvolgen, bijvoorbeeld omdat ze er te licht over denken. Een mooie aanleiding om samen te praten over zaken als respect en solidariteit.
Plezier ondanks beperkingen
Terug naar ‘mijn’ team bij Schaerweijde. De meiden zullen blij zijn elkaar weer te zien. Tijdens de eerste training gaan we vooral ruimte geven aan hun enthousiasme om weer te mogen sporten. Maar we nemen ook de tijd om te checken hoe het met iedereen gaat. We hebben tijdens de trainingen te maken met beperkingen, maar dat neemt niet weg dat we veel plezier kunnen beleven tijdens de training. Met elkaar gaan we er iets moois van maken de komende periode!
Positieve waarden
Oog hebben voor het kind áchter de sportprestatie, of achter gedrag dat het laat zien. Dat is wat ik vrijwilligers van sportverenigingen probeer mee te geven. De sportvereniging is immers een plek waar veel kinderen elkaar ontmoeten en waar ze kunnen oefenen met groepsinteracties. Sporten kan bijdragen aan allerlei positieve waarden voor kinderen als zelfvertrouwen, trots en solidariteit. Helaas kan sport ook leiden tot negatief gedrag: egoïsme, pesten en (seksuele) intimidatie.
Sport kan een belangrijke rol spelen in het beste in elk kind naar boven halen. Dit wetende: laten we er in Hart van Brabant alles aan doen om die positieve effecten teweeg te brengen en elk kind met veel plezier en vertrouwen te laten sporten!
Tips
Tips voor vrijwilligers in de sport:
- Bedenk dat iedereen het verschil kan maken voor een kind.
- Maak grensoverschrijdend gedrag bespreekbaar bij je vereniging. Gebruik daarvoor de Toolkit High 5.
- Vermoed je dat het niet zo goed gaat met een kind? Stel vragen. Speelt er wat? Bespreek dat dan met iemand die je vertrouwt en maak gebruik van de vertrouwenscontactpersoon als je vereniging hierover beschikt.