
Jan-Willem Sies, teammanager fraudebestrijding bij gemeente Tilburg, is er de man niet naar om spijt te hebben. Maar toen een collega hem benaderde over de Taskforce Kindermishandeling, moest hij meteen denken aan de zoontjes van ‘meneer B’. Jan-Willem vermoedde verwaarlozing en deed niets. Nu vertelt hij zijn verhaal aan wie het maar horen wil. Zodat anderen ervan kunnen leren.
Meneer B. wilde een grote koelkast. Omdat hij die van zijn uitkering niet kon betalen, vroeg hij bijzondere bijstand aan. De gemeente wees dat verzoek af, waarna B. zich misdroeg tegenover twee ambtenaren. Daar kwam Jan-Willem in beeld: “Als inwoners agressief zijn tegen een van mijn medewerkers, voer ik met hen een ordegesprek.”
Samen met de wijkagent en een collega van de afdeling Werk en Inkomen ging hij naar het huis van B. “Hij was helemaal over z’n toeren”, vertelt Jan-Willem. Bedreigend ook, in de trant van: “Als ik hem voor m’n auto krijg, dan geef ik gas.” Voor de eerste keer sinds hij teammanager werd, hield hij er rekening mee dat er klappen gingen vallen.
De man was zo opgefokt, dat Jan-Willem drugsgebruik vermoedde. Terwijl het voor B. ongewenste bezoek in de deuropening stond, verschenen twee peuters. “Schattige jongetjes”, volgens Jan-Willem. “Oprotten jullie”, beet de vader hen toe terwijl hij ze naar buiten duwde. Tijdens een inspectie van de woning bleken de jongetjes geen klerenkast te hebben. Een van hen had zelfs geen bed.
Signalen die kunnen duiden op kindermishandeling, of op z’n minst verwaarlozing. Toch greep Jan-Willem niet in. Hij was te zeer gefocust op B. en zijn gedrag. Naderhand besprak hij zijn vermoedens ook niet met de andere twee mannen. En dat is precies wat hij wél had moeten doen.
Inmiddels worden alle medewerkers van het team fraudebestrijding getraind in het omgaan met de meldcode. Dit gebeurt aan de hand van de ervaringen van Jan-Willem. Later hoorde de teammanager dat de jongetjes een half jaar na zijn ontmoeting met B. uit huis zijn geplaatst. Soms een noodzakelijke, maar zeker geen ideale oplossing. Voor Jan-Willem was het een opluchting te horen dat ze veilig waren.
Kom je door je werk regelmatig bij mensen ‘achter de voordeur’?
Wees dan alert op signalen van kindermishandeling. En bespreek de situatie met collega’s. Een gesprek met iemand uit de omgeving van de kinderen, bijvoorbeeld via de Toegang, is al een goed begin. Dus Kom in actie. Want er is altijd iets wat je kunt doen. Oók als je twijfelt.